Leestijd: 2,5 minuten

De NRC schreef begin November 2018: “Staatsbosbeheer ziet met lede ogen aan hoe de publieke opinie is omgeslagen.” Hiermee doelt de krant op het schrille contrast tussen de manier waarop er eind 2013, vlak na de première van de succesvolle natuurfilm 'De Nieuwe Wildernis', over de Oostvaardersplassen werd gedacht, en hoe de situatie zich vijf jaar later heeft ontvouwd.

Dierensterfte

De populatie edelherten, heckrunderen en konikpaarden nam toe. Teveel toe, waardoor er steeds minder voedsel was voor de dieren. In de wintermaanden stierf zo’n 30 procent van de grote grazers door de kou en het gebrek aan voedsel, en in de winter van vorig jaar was het leed het grootst: 3000 herten, runderen en paarden kwamen om.

Onder het mom van “de natuur haar gang laten gaan” heeft Staatsbosbeheer niet willen ingrijpen. Actievoerders die het leed niet konden aanzien namen het heft in eigen hand en vernielden omheiningen van het natuurgebied om de dieren te kunnen bijvoeren. De door goedbedoelde gevoelens van empathie gevoedde bijvoeracties worden vanuit wetenschappelijk oogpunt afgeraden. Hoe meer grazers de winter overleven, hoe groter de kans dat er de volgende winter nog meer dieren hongerlijden.

Afschot

Staatsbosbeheer deelde dan ook, met de steun van de provincie Flevoland, bijvoerboetes uit aan de actievoerders. Toch voerde Staatsbosbeheer zelf ook tijdelijk bij omdat de maatschappelijke onrust te groot was geworden. Deze onrust kwam onder meer tot uiting in meerdere bedreigingen aan het adres van boswachters van het gebied.

Met name de populatie edelherten bleef te groot. Er moest iets gebeuren om de balans in het gebied te herstellen. Gedeputeerde Staten Flevoland kwam met de oplossing: 1830 edelherten moesten worden afgeschoten. Vanaf 10 december 2018 zijn zogenoemde “faunabeheerders” (ook wel: jagers) voor Staatsbosbeheer bezig met het terugdringen van het hertenoverschot.

Culinaire waarde

De herten van de Oostvaardersplassen die voor consumptie beschikbaar worden gesteld, en dat is het overgrote deel, sterven toch niet helemaal voor niets. Want wild vlees is gewild vlees, en terecht. De karakteristieke smaken van hert, zwijn en  andere soorten wild vragen om een uitgebreid diner met complementaire wijn en goed gezelschap. Wild is voor de meeste restaurants namelijk een van de mooiste producten om te serveren. Dat weten ze ook in de open keuken van Restaurant Jaspers. 

Wild uit het buitenland

Het aanbod van in Nederland geschoten wild is lang niet genoeg om te voldoen aan de vraag naar wild in Nederland. Dit is 20% van de totale wildconsumptie. De overige 80% wordt dus geïmporteerd uit omliggende landen.  

''We kunnen van wild alles gebruiken'', zegt chef Jasper. Bijna niks van het geschoten dier wordt weggegooid, zelfs de botten kunnen worden gebruikt voor het bereiden van bijvoorbeeld een fond.

Ook de gans, niet bekend als het meest verfijnde stukje wild, kan met de juiste bereiding tot een culinaire smaaksensatie worden opgewaardeerd.

Het eten van wild is daarom een respectvolle, duurzame en smakelijke manier van vlees consumeren.